In 1968 ontstond de band Wakefield te Pueblo, Colorado, doordat drie vrienden begonnen te jammen en dit uit liep op regelmatig samen oefenen.
Nadat er nog enkele leden zich aan hadden gediend was de band een feit en bestond toen uit: Bobby Barth - sologitaar en zang, Ron Struthers - saxofoon, fluit en zang, Mike Carroll - trompet, fluit, gitaar, piano en zang, Steve Moore - orgel, Franse hoorn en zang, Carl Macon - basgitaar en zang en Charlie Ferrill - drums.
De band trad in het begin op in Colorado Springs en Pueblo en deed hun eerste echte vaste optredens in een restaurant / nachtclub in het ski gebied Vail, waar ze zes avonden in de week optraden voor enkele honderden dollars, een maaltijd en het gebruik van een onderkomen in East Vail.
De jaren daarna traden ze op deze manier in de ski gebieden op en van daaruit kregen ze de vraag om in Seattle, Washington te komen optreden voor de tijd van 3 weken in een club vlak bij de universiteit, genaamd the Warehouse, maar omdat ze geen lid van een bond waren werden ze ontslagen.
Kort na het Seattle avontuur, verhuisde de band van Pueblo naar Denver en Boulder, deed 4 audities op 1 dag in Denver en werd bij alle 4 aangenomen, waarvan 2 clubs van dezelfde eigenaren waren, die de managers van de band werden en kort daarna verliet Steve de band.
Ook traden ze met een uit San Francisco afkomstige muzikant op, die conga's en bongo's speelde, genaamd Brent Lewis.
Paul Zamucen, die ook conga's speelde reisde samen met Brent en omdat de band enkele Santana nummers speelde, vroegen ze hem of hij in hun band wilde komen spelen en vanaf die tijd maakte hij daar deel van uit.
Rond die tijd deden ze een opname sessie in de Warthog Studio te Denver, werden ze gehuurd als begeleidings-band van Chuck Berry, die in de Skunk Creek Inn speelde en waren ze voorprogramma van War in die zelfde Skunk.
Gedurende de jaren 1970, 1971 en 1972 traden ze op in Nebraska, Kansas, Oklahoma,Montana, Zuid Dakota, Arizona, Californië, Washington, Idaho, Illinois en Michigan en het was tijdens één van hun Seattle trips, dat ze enkele uren in de studio vertoefden om nieuwe nummers op te nemen.
Eind 1972 verliet Ron de band, wisselde de band van manager en verhuisden ze naar Seattle en deden optredens in o.a. Vancouver en Spokane.
Wakefield bleef tot 1974 actief en toen de band in juni 1974 nog maar uit de 3 oprichters bestond, besloten ze dat het tijd was om te stoppen.
De 14 songs van de CD werden allemaal door de band zelf geschreven en de eerste daarvan heet "Bring It On" en vanaf de begin tonen hoor ik de band een heerlijk brassrock nummer spelen, dat in de stijl van de beginperiode van Chicago Transit Authority zit.
Vervolgens krijg ik "Something Is Coming" te horen, dat rustig begint en met prima close harmony vocalen wordt dit nummer verder uitgebouwd tot een lekker klinkende popsong.
Dan volgt "How Does It Feel?", een uitstekende swingende popsong met lekkere close harmony, die gevolgd wordt door "I Will Always Come Back", een prima progrocksong met psychedelische invloeden, waarin het orgel op subtiele wijze wordt bespeeld.
Daarna is het de beurt om naar een erg mooie ballad te luisteren, getiteld "Old Man", waarin de samenzang van de band goed naar voren komt.
"I Know" is weer een swingende popsong en "Water", een meer dan 8 minuten durend nummer, is een schitterende progrocksong met prima tempowisselingen.
Vervolgens krijg ik weer een nummer te horen, waarin blazers actief zijn en dit heet "Snowchild", een rustig gespeelde song, waarin de band hun uitstekende vocale kwaliteiten nogmaals benadrukt en ook dit is een lange progrocksong van bijna 10 minuten, die langzamerhand steeds meer vaart begint te krijgen.
Ook "In MY Mind" is een lang nummer, dat 8 minuten duurt, waarbij het tempo steeds verder opgevoerd wordt en uitmondt in een schitterend stuk progrock.
Nu is "Landgrabber" aan de beurt om gehoord te worden en deze progrocksong klinkt eveneens prima, waarna er weer zo'n schitterende ballad volgt, getiteld "You And I".
Dan volgt het fantastische vrolijk gespeelde "Let's Get loaded", waarbij het onmogelijk is stil te blijven zitten, waarna de band het swingende "You'll Find Your Man" laat horen, dat een heerlijke popsong is.
Als laatste nummer zet de band me het 33 seconden durende "Rollin' Down The Highway" voor, een geintje denk ik.
De CD "The Lost Warthog Tapes" bevat uitstekende songs, waar tussen enkele uitschieters staan en ik vind deze CD dan ook een aanrader voor de echte muziek liefhebbers.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten