Gear Fab 2001-(GF-175)
In de serie Psychedelic States is het deze keer de beurt aan Florida In The 60s.
Op Volume 3 staan 29 songs van even zoveel bands en de eerste daarvan heet The Cavemen, die uit Key West kwam en de single "It´s Trash", een fantastische garagerock song met "The Pillow Bit" als B-kant via het Chelle label uitgebracht zag worden in 1966.
De volgende band heette The Modds, ze kwam uit Miami en maakte in 1965 een demo, die helaas niet uitgebracht werd, getiteld "Don't Be Late", een schitterende uptempo garagerock song, waarvan de achterkant "So In Love" zou worden.
Vervolgens hoor ik "The Maundy Quintet uit Gainsville, die in 1967 de single "2's Better Than 3" / "I'm Not Alone", een lekker swingende pop song met een aanstekelijk ritme via het Paris Tower label uitbracht en zowel Don Felder als Bernie Leadon (beide Eagles) in de gelederen had.
Ook uit Gainsville kwam The Cosmic Carmel, die in 1968 opgericht werd en in datzelfde jaar de single "The Suzanne Love Mirage" / "The King's Winetaster", een heerlijke psychedelische pop song door het Tener label lieten uitbrengen.
Daarna is het de beurt aan The Jester IV uit Tampa, een teenager band waarvan het jongste lid 12 jaar was en het oudste 21.
De band bestond tussen 1965 en 1968 en maakte in 1966 voor het Fuller label de single "She Lied (I Know Why)", een prima klinkende pop song, waarin aan de zang goed te horen is, dat de zanger erg jong is.
Het volgende nummer komt van The Dark Horsemen uit Lake City en heet "Girl, Stand By Me", een uitstekende langzame psychedelisch pop song, dat "You Lied" op de andere kant had staan en uitgebracht werd via het eigen Dark Horsemen label in 1966.
We The People was een band uit Orlando, die in 1966 de single "My Brother, The Man", een fantastische garagerock song met diverse tempowisselingen via het Hot Line label lieten verschijnen met "Proceed With Caution" als achterkant.
Uit Miami kwam The Clefs Of Lavender en deze band maakte in 1966 hun tweede single "So I'll Try" / "One More Time", een goede pop song, gemaakt naar de stijl van de Britse beat bands en deze verscheen via het Date label.
De uit zuid Florida afkomstige band Dr.T & The Undertakers brachten in 1967 de single "Easy Child" / "Times Have Changed", een prima beat song, waarin de invloed van de Britse bands en dan met name The Animals, duidelijk hoorbaar is, uit, via het Target label.
The Power Uv Purple uit Jacksonville maakte in 1969 de single "Story Book Plays" / "Miss Dove", een swingende garagerock song, voor het Sandal Wood label.
In 1967 verscheen "2/3 Baby", een lekker klinkende garagepoprock song, die "All Cried Out" als A-kant had, van The 2/3Rds uit Daytona Beach via het April label en in dat zelfde jaar kwam ook "I Need You" / "In The Night", een naar Brits voorbeeld gemaakte uitstekende beat song via het Cool As A Moose label uit
van de uit Gainsville afkomstige band The Rare Breed.
Eveneens in 1967, verscheen "Love, Love, Love" van The Tasmanians, dat "Baby", een geweldige garagerock song, als achterkant had en deze single, waarin goed mondharmonica werk zit, kwam via het Conda label op de markt.
Ook Noah's Ark uit Tampa bracht in 1967 een single uit en wel "Paper Man", een schitterende psychedelische pop song, die via Decca verscheen.
In 1966 maakte The invaders uit Miami "She's A Tiger", dat eigenlijk "Never Said Goodbye" heette, maar voor airplay op WQAM Tiger Radio veranderde de band de tekst en dit nummer was een mix van beat en rock & roll, dat "Honda Come Back" als achterkant had staan, dat oorspronkelijk "She'll Come Back" heette, maar omdat Honda één van de sponsors van de band was, werd ook daarvan de tekst veranderd.
Uit Melbourne kwam The Burlington Squires, waarvan de single "World" / "Back Up", een geweldige psychedelische pop song in 1968 via het Tener label verscheen.
Het label van radio DJ Dino Summerlin, Kimberly-Ann, dat naar Summerlin's dochter genoemd was, bracht in 1967 de single "Our Love" uit, een commercieel klinkende pop song, die de 4e plaats in WPDQ's Super Survey behaalde en gemaakt was door The Dalton Gang uit Jacksonville.
De leden van The Novas uit Miami zaten allemaal nog op Palmetto high school toen ze in 1966 hun single "Whenever You're Ready" / "Please Ask Her", een naar Brits voorbeeld gemaakte swingende beat song, die uitstekende samenzang bevat, via het Chelle label uitbrachten.
In 1969 bracht het Hyperbolic label "High Flyer", een beetje chaotisch klinkende garagerock song uit, van The Minority uit Fort Lauderdale.
The Montells uit Miami maakte de single "You Can't Make Me", een goede garagerock song met enkele tempowisselingen, die "Daddy Rolling Stone" als andere kant had en als tweede en tevens laatste single van de band door het Thames label werd uitgebracht in 1966.
Op het Manhattan label verscheen in 1967 de single "Think I'm Going Mad" / "I Lost You In My Mind", een licht psychedelische pop song van The Painted Faces,
die uit Fort Meyers kwamen en ook The "Fantastic" Group uit Cocoa Beach bracht dat jaar hun single uit, getiteld "Land Of Lakes", een lekker klinkende psychedelische pop song en deden dat via het Troupe label.
Via het Whiteholme label verscheen in 1965 de single "Grim Reaper" / "I Don't Believe You", een swingende pop song, van The Twelfth Night uit Orlando.
The Rovin' Flames uit Tampa maakte in 1967 hun vierde single, getiteld "How Many Times", een uitstekende pop song, die door Decca uitgebracht werd.
Uit West Palm Beach kwam The Generation Gap, die in 1968 op het Century label een EP, waarop 3 songs stonden, uitbracht en één van die songs was "Plastic Faces", een schitterende progressieve rock song.
In 1966 bracht The Shades uit Miami de Single "Who Loved Her?" / "Sights", een song, waarin de invloed van The Beatles op hun muziek goed hoorbaar is, die via het Abstract label.
Psychedelische pop klanken komen van The Fewdle Lords, die in 1968 de single "I Know" / "Farewell To Today And Tomorrow" uitbracht via het Tara label.
De fantastische garagepoprock song "Half Your Life" van The Hungri L's uit Daytona Beach komt van een een proefpersing, uit 1967, die de band voor het Paris Tower maakte en "Comin' Round" als B-kant.
Het laatste nummer van de CD komt van The Inner Thoughts uit Clearwater, die de single "Smokestack Lightning" / "1000 Miles (Cheating On Me)", een ruige, maar schitterende garagerock song in 1967 uit lieten brengen door het Paris Tower.
Net als op de andere uitgaven van de Psychedelic States serie, staan er op "Florida In The 60s Vol.3" weer geweldige songs en bevat deze CD verschillende uitschieters, zodat er maar één conclusie mogelijk is: Fantastisch!
Een aanrader dus.
zondag 27 januari 2013
zaterdag 19 januari 2013
Review: Haymarket Square - Magic Lantern
Gear Fab 2001-(GF-176)
Haymarket Square uit Chicago, Illinois, ontstond nadat de garagerock band The Real Things in 1967 uit elkaar was gegaan, waarbij John Kowalski - drums en Robert Homa - basgitaar en zang besloten samen verder te gaan en ander muzikanten te zoeken voor hun nieuwe band.
Ze plaatsten een advertentie in de universiteitskrant, waar Marc Swenson - sologitaar en zang op reageerde en nadat ook folk zangeres Gloria Lambert zich bij het trio voegde, was de band een feit.
De naam Haymarket Square werd bedacht, nadat de band een bronzen beeld van een politie officier in een uniform uit begin 1900 had zien staan, die het vredesteken maakte, op Haymarket Square.
De band werd langzaam aan steeds populairder, kreeg optredens in de betere clubs in Chicago en fungeerde als voorprogramma voor bekende bands als: The Yardbirds, Cream en H.P.Lovecraft, maar ook speelden ze met populaire lokale bands als Shadows Of Knight en Saturday's Children.
Hun muzikale invloeden waren H.P.Lovecraft, Cream, Jefferson Airplane en blues en folk muziek.
Nadat de band begonnen was met het schrijven van eigen nummers, kwamen ze in contact met 2 professoren van de universiteit van Illinois, die samen met enkele anderen, een combinatie van muziek en lichtshows maakten onder de naam "The Baron And Bailey Light Circus" en in de zomer van 1968 traden ze samen op als een levende tentoonstelling in het Museum Of Contempory Art in Chicago.
Als resultaat daarvan werd in 1968 hun enige LP opgenomen met daar op 5 eigen songs plus 1 cover en kort na het uit brengen van deze LP veranderde de band samenstelling, want Robert besloot de band te verlaten en werd vervangen door Ken Pitlik en kwam Robert Miller als slaggitarist bij de band en in deze formatie zou Haymarket Square tot 1974 aktief blijven.
Het eerste nummer van de LP/CD heet "Elevator" en is een schitterende mix van een psychedelische en een progressieve rock song, waarbij de zang aan die van Grace Slick doet denken.
Vervolgens speelt de band de cover "The Train-Kept-A-Rollin'", dat ik in de versie van The Yardbirds ken en deze uitvoering is weliswaar niet ruiger, maar de band weet hier toch een geweldige song neer te zetten, die lekker progressief klinkt.
Daarna volgt "Ahimsa", een fantastische progressieve rock song en daarin zit een heuse drumsolo, zoals in die tijd de gewoonte was.
Dan hoor ik "Amapola", dat eveneens een uitstekende progressieve rock song is, die ook psychedelische invloeden bevat en gevolgd wordt door "Fantasmagoria", het korste nummer van het album, maar zeker niet het minste.
Deze schitterende progressieve rock song heeft een aanstekelijk terugkerend ritme en wordt gevolgd door "Funeral", dat de laatste song is.
Hierin is de band op zijn best en dit waanzinnig goede nummer, is een combinatie van progressieve rock met psychedelische rock en een snuifje Jefferson Airplane.
"Magic Lantern" is voor mij één van de beste CD's, die via het Gear Fab label verschenen zijn en een dikke aanrader voor iedereen, die van muziek houdt.
Haymarket Square uit Chicago, Illinois, ontstond nadat de garagerock band The Real Things in 1967 uit elkaar was gegaan, waarbij John Kowalski - drums en Robert Homa - basgitaar en zang besloten samen verder te gaan en ander muzikanten te zoeken voor hun nieuwe band.
Ze plaatsten een advertentie in de universiteitskrant, waar Marc Swenson - sologitaar en zang op reageerde en nadat ook folk zangeres Gloria Lambert zich bij het trio voegde, was de band een feit.
De naam Haymarket Square werd bedacht, nadat de band een bronzen beeld van een politie officier in een uniform uit begin 1900 had zien staan, die het vredesteken maakte, op Haymarket Square.
De band werd langzaam aan steeds populairder, kreeg optredens in de betere clubs in Chicago en fungeerde als voorprogramma voor bekende bands als: The Yardbirds, Cream en H.P.Lovecraft, maar ook speelden ze met populaire lokale bands als Shadows Of Knight en Saturday's Children.
Hun muzikale invloeden waren H.P.Lovecraft, Cream, Jefferson Airplane en blues en folk muziek.
Nadat de band begonnen was met het schrijven van eigen nummers, kwamen ze in contact met 2 professoren van de universiteit van Illinois, die samen met enkele anderen, een combinatie van muziek en lichtshows maakten onder de naam "The Baron And Bailey Light Circus" en in de zomer van 1968 traden ze samen op als een levende tentoonstelling in het Museum Of Contempory Art in Chicago.
Als resultaat daarvan werd in 1968 hun enige LP opgenomen met daar op 5 eigen songs plus 1 cover en kort na het uit brengen van deze LP veranderde de band samenstelling, want Robert besloot de band te verlaten en werd vervangen door Ken Pitlik en kwam Robert Miller als slaggitarist bij de band en in deze formatie zou Haymarket Square tot 1974 aktief blijven.
Het eerste nummer van de LP/CD heet "Elevator" en is een schitterende mix van een psychedelische en een progressieve rock song, waarbij de zang aan die van Grace Slick doet denken.
Vervolgens speelt de band de cover "The Train-Kept-A-Rollin'", dat ik in de versie van The Yardbirds ken en deze uitvoering is weliswaar niet ruiger, maar de band weet hier toch een geweldige song neer te zetten, die lekker progressief klinkt.
Daarna volgt "Ahimsa", een fantastische progressieve rock song en daarin zit een heuse drumsolo, zoals in die tijd de gewoonte was.
Dan hoor ik "Amapola", dat eveneens een uitstekende progressieve rock song is, die ook psychedelische invloeden bevat en gevolgd wordt door "Fantasmagoria", het korste nummer van het album, maar zeker niet het minste.
Deze schitterende progressieve rock song heeft een aanstekelijk terugkerend ritme en wordt gevolgd door "Funeral", dat de laatste song is.
Hierin is de band op zijn best en dit waanzinnig goede nummer, is een combinatie van progressieve rock met psychedelische rock en een snuifje Jefferson Airplane.
"Magic Lantern" is voor mij één van de beste CD's, die via het Gear Fab label verschenen zijn en een dikke aanrader voor iedereen, die van muziek houdt.
vrijdag 11 januari 2013
Review: The Cosmic Travelers - Live At The Spring Crater Celebration
Gear Fab 2013-(GF-263)
The Cosmic Travelers was een band uit Los Angeles, California en bestond uit: Jimmy McGhee - sologitaar en zang, Dale "Mule" Loyola - drums en zang, Joel Christie - basgitaar en zang en Drake Levin - sologitaar en de bandleden hadden allen een andere muzikale achtergrond.
Jimmy had met Etta James en Gene Redding gespeeld, Dale had opnames gemaakt met de band Hook, Joel en Drake hadden met Lee Michaels opnames gemaakt en Drake was eerder sologitarist bij Paul Revere And The Raiders geweest en speelde later in The Brotherhood.
Ongeveer begin jaren zeventig werd de band opgericht en op 1 april 1972 werd hun optreden tijdens de Spring Crater Celebration in de Diamond Head Volcano te Oahu, Hawai opgenomen en dat zelfde jaar in een oplage van 1000 stuks uitgebracht via het Volcano label.
De plaat bevat 6 live songs, waarvan "Farther Up The Road" het openingsnummer is en na de aankondiging van een van de organisatoren begint de band te spelen en laat me met de eerste tonen meteen aan een andere geweldige Amerikaanse band, genaamd Grand Funk Railroad, uit die periode denken.
Het nummer bestaat uit een mix van funk, rock en progressieve rock en swingt als een trein en ook de volgende song "Move Your Hands" bevat die ingrediënten en het is dan ook onmogelijk stil te blijven zitten en niet te genieten van deze schitterende muziek.
De volgende song heet "Jungle Juice" en is een song die een erg swingend rimte heeft, dat aanzet tot dansen, waarbij me opvalt dat de zang hierin veel soul bevat en in "Look At You Look At Me", de langste song van de CD, laat de band weer zo'n geweldige progressieve rock song horen, waarin sologitarist Jimmy McGhee de hoofdrol voor zich opeist door een uitstekende solo te spelen.
In "Soul" gaat de band verder met het spelen van aan Grand Funk Railroad gerelateerde muziek en opnieuw hoor je de band hier een fantastisch stukje swingende progressieve rock met soul invloeden neer zetten, waar je als fervente liefhebber van dit genre van uit je bol gaat.
Met het laatste nummer, dat "Soul Reprise" heet, gaat de band nog even verder met voorgaande song en aan het eind van dit nummer laat de band me met een voldaan gevoel achter en ik wil dan ook maar één ding: More!
The Cosmic Travelers was een band uit Los Angeles, California en bestond uit: Jimmy McGhee - sologitaar en zang, Dale "Mule" Loyola - drums en zang, Joel Christie - basgitaar en zang en Drake Levin - sologitaar en de bandleden hadden allen een andere muzikale achtergrond.
Jimmy had met Etta James en Gene Redding gespeeld, Dale had opnames gemaakt met de band Hook, Joel en Drake hadden met Lee Michaels opnames gemaakt en Drake was eerder sologitarist bij Paul Revere And The Raiders geweest en speelde later in The Brotherhood.
Ongeveer begin jaren zeventig werd de band opgericht en op 1 april 1972 werd hun optreden tijdens de Spring Crater Celebration in de Diamond Head Volcano te Oahu, Hawai opgenomen en dat zelfde jaar in een oplage van 1000 stuks uitgebracht via het Volcano label.
De plaat bevat 6 live songs, waarvan "Farther Up The Road" het openingsnummer is en na de aankondiging van een van de organisatoren begint de band te spelen en laat me met de eerste tonen meteen aan een andere geweldige Amerikaanse band, genaamd Grand Funk Railroad, uit die periode denken.
Het nummer bestaat uit een mix van funk, rock en progressieve rock en swingt als een trein en ook de volgende song "Move Your Hands" bevat die ingrediënten en het is dan ook onmogelijk stil te blijven zitten en niet te genieten van deze schitterende muziek.
De volgende song heet "Jungle Juice" en is een song die een erg swingend rimte heeft, dat aanzet tot dansen, waarbij me opvalt dat de zang hierin veel soul bevat en in "Look At You Look At Me", de langste song van de CD, laat de band weer zo'n geweldige progressieve rock song horen, waarin sologitarist Jimmy McGhee de hoofdrol voor zich opeist door een uitstekende solo te spelen.
In "Soul" gaat de band verder met het spelen van aan Grand Funk Railroad gerelateerde muziek en opnieuw hoor je de band hier een fantastisch stukje swingende progressieve rock met soul invloeden neer zetten, waar je als fervente liefhebber van dit genre van uit je bol gaat.
Met het laatste nummer, dat "Soul Reprise" heet, gaat de band nog even verder met voorgaande song en aan het eind van dit nummer laat de band me met een voldaan gevoel achter en ik wil dan ook maar één ding: More!
vrijdag 4 januari 2013
Review: Psychedelic States - Georgia In The 60s
Gear Fab 2001-(GF-177)
In de schitterende serie psychedelic states is het deze keer de beurt voor Georgia in the 60s met op de CD 27 nummers van even zoveel bands.
De eerste band komt uit Atlanta en heet Spontaneous Generation, die in 1968 de single "Pictures Of Lily" / "Up In My Mind", een schitterende garagerock song via het Fevre label uitgebracht zag worden.
The Malibus uit Macon brachten in 1966 de single "I Want You To Know", een prachtige pop song met "I've Gotta Go" via het PJ label uit.
In 1967 maakte The Younger Brothers uit Statesboro en Sylvania eveneens een lekker klinkende pop song, getiteld "Go Away", die "This Feeling In My Heart" als achterkant had en deze werd uitgebracht door het Wendy label.
Garagerock krijg je te horen in "Sets My Soul On Fire" van Beethoven 4, die uit Tifton kwamen en hun single met Misererlou" als B-kant door het Talos label lieten uitbrengen in 1968.
Bo Allen uit Vidalia bracht 6 singles uit via zijn vaders Allen label en één daarvan was "I Hope You're Proud" uit 1968 , een lekker swingende pop rock song met "Dreamin" als andere kant.
Fantastische klanken krijg ik te horen van The Gang Of Saints uit Adel, die de single "Yes, It's Too Bad", een heerlijke pop song met "This Feeling" als B-kant via het PKB's label uitbrachten in 1966.
In dat zelfde jaar bracht Famen uit Atlanta hun vierde single "Hurry", een redelijke pop song met "Cracking Up" als andere kant via het X-Pose label uit.
The Checkmates International, die uit Savannah kwamen, lieten hun single in 1966 "Once Upon A Love Affair" / "Thinkin' About You", een lekker swingende pop song, via het Thunderbolt label verschijnen.
Uit Pine Mountain en West Point kwam de band Soul Inc. en in 1965 verscheen hun single "Work It On Out" / "Ode To A Girl", een pop song in de stijl van hun Britse voorbeelden via het Trpur label.
Het Mark IV label bracht in 1968 de single "Behind The Smiles" / "Plastic Thunder", een uitstekende garagerock song van Bitter Creeck uit Atlanta uit.
In 1967 werd "A Kiss To Remember You By" / "Ballad Of A Useless Man", een prima garagerock song via het Master W label uitgebracht door The Unknowns uit Lawrenceville en The Continentals uit Pine Mountain en West Point, die later onder de naam Soul Inc. verder zouden gaan, maakten in 1965 de single "House Of
The Rising Sun" met het swingende instrumentale "Continentals Jam" als A-kant, die via hun eigen Continentals label verscheen.
The Celtics uit Atlanta maakten in 1968 de single "It's A Lonely Life" / "Times With You", een lekker klinkende garage poprock song voor het Dante label.
Uit Athens kwam King David & The Slaves, die in 1967 "I've Been Told", een swingende pop song, door het Slave label uitgebacht zagen worden met "All I Can See Is Your Love" als achterkant.
Op het Perfection label werd "A Woman", een rustige pop song, die "What Did I Say?" als andere kant had, uitgebracht door The Bandits uit Marietta.
"The Way", een goede swingende rock song, was de A-kant van de single van The Parks uit Decatur en "Have I Told You" de B-kant, die in 1968 via Atlantis Sound verscheen.
The Fugitives uit Monticello maakten het geweldige "Meggie", een song met blues invloeden en "I've Gotta Go" als achterkant voor het New Talent label in 1966 en The Apolloes uit Atlanta brachten in dat jaar hun single "Hey" / "Laugh In My Face", een fantastische licht psychedelische pop song via hun eigen Apollo label uit.
Op het Unique label verscheen de single "Gonna Live Another Day Or Two" / "That Creature", een heerlijke pop song met psychedelische invloeden van de uit Carrolton afkomstige band The Sweet Acids.
The Mach V uit Savannah bracht in 1967 via Associated Artists de single "I Want To Stay" / "If I Could", een psychedelische pop song, uit en een jaar later,
in 1968 dus, verscheen de single "Andromeda" / "I Can't Look Down", een prachtige pop song, van de uit Dublin afkomstige band The Knights Of Darkness die door Key Recordings werd uitgebracht.
"How Can I Tell Everybody" is een fantastische beat song, die in 1965 naar Britse stijl, door Dave & The Stalkers werd opgenomen en ik hoor de invloed van The Beatles hier dan ook sterk in en deze single, die "Please Don't Ask Me Not To Cry" als B-kant had, werd via het Drake label uitgebracht door deze uit
Royston afkomstige band.
The Fly-By-Nites was een band uit Atlanta, die in 1967 het psychedelische garagerock nummer "Found Love" uit liet brengen door het Tiffany label met "Come On Up" als achterkant.
Een andere band uit Atlanta heette Little Phil & The Night Shadows, die in 1966 via Dot hun single "The Way It Used To Be" / "So Much" uitbracht, een beat song naar Brits voorbeeld gespeeld en ook in dit nummer is de invloed van The Beatles hoorbaar.
Psychedelische klanken komen van het nummer "People Say", dat door The Rogues uit Savannah gemaakt werd en ook hierin zijn de Britse invloeden goed te horen.
Dit nummer had "Your Kind Of Man" als achterkant en werd door Associated Artists uitgebracht in 1967.
Net als in Soul Inc. en The Continentals, speelde Larry Bowie in de band, die The Rock Garden heette en uit Pine Mountain en West Point kwam.
De single "New Hope" / "Starry Eyed Woman", een prima uptempo pop song, werd door de band in 1968 via het Prophet label uitgebracht.
De laatste song van de CD, die door het Lou label werd uitgebracht komt van Red Beard & The Pirates uit Atlanta en heet "Go On Leave", een schitterende garagerock song, die "Don't Be A Loser" als achterkant had en daarmee wordt deze geweldige CD op passende wijze afgesloten.
Net als bij voorgaande Psychedelic States uitgaven, kan ik alleen maar schrijven: Aanschaffen!
In de schitterende serie psychedelic states is het deze keer de beurt voor Georgia in the 60s met op de CD 27 nummers van even zoveel bands.
De eerste band komt uit Atlanta en heet Spontaneous Generation, die in 1968 de single "Pictures Of Lily" / "Up In My Mind", een schitterende garagerock song via het Fevre label uitgebracht zag worden.
The Malibus uit Macon brachten in 1966 de single "I Want You To Know", een prachtige pop song met "I've Gotta Go" via het PJ label uit.
In 1967 maakte The Younger Brothers uit Statesboro en Sylvania eveneens een lekker klinkende pop song, getiteld "Go Away", die "This Feeling In My Heart" als achterkant had en deze werd uitgebracht door het Wendy label.
Garagerock krijg je te horen in "Sets My Soul On Fire" van Beethoven 4, die uit Tifton kwamen en hun single met Misererlou" als B-kant door het Talos label lieten uitbrengen in 1968.
Bo Allen uit Vidalia bracht 6 singles uit via zijn vaders Allen label en één daarvan was "I Hope You're Proud" uit 1968 , een lekker swingende pop rock song met "Dreamin" als andere kant.
Fantastische klanken krijg ik te horen van The Gang Of Saints uit Adel, die de single "Yes, It's Too Bad", een heerlijke pop song met "This Feeling" als B-kant via het PKB's label uitbrachten in 1966.
In dat zelfde jaar bracht Famen uit Atlanta hun vierde single "Hurry", een redelijke pop song met "Cracking Up" als andere kant via het X-Pose label uit.
The Checkmates International, die uit Savannah kwamen, lieten hun single in 1966 "Once Upon A Love Affair" / "Thinkin' About You", een lekker swingende pop song, via het Thunderbolt label verschijnen.
Uit Pine Mountain en West Point kwam de band Soul Inc. en in 1965 verscheen hun single "Work It On Out" / "Ode To A Girl", een pop song in de stijl van hun Britse voorbeelden via het Trpur label.
Het Mark IV label bracht in 1968 de single "Behind The Smiles" / "Plastic Thunder", een uitstekende garagerock song van Bitter Creeck uit Atlanta uit.
In 1967 werd "A Kiss To Remember You By" / "Ballad Of A Useless Man", een prima garagerock song via het Master W label uitgebracht door The Unknowns uit Lawrenceville en The Continentals uit Pine Mountain en West Point, die later onder de naam Soul Inc. verder zouden gaan, maakten in 1965 de single "House Of
The Rising Sun" met het swingende instrumentale "Continentals Jam" als A-kant, die via hun eigen Continentals label verscheen.
The Celtics uit Atlanta maakten in 1968 de single "It's A Lonely Life" / "Times With You", een lekker klinkende garage poprock song voor het Dante label.
Uit Athens kwam King David & The Slaves, die in 1967 "I've Been Told", een swingende pop song, door het Slave label uitgebacht zagen worden met "All I Can See Is Your Love" als achterkant.
Op het Perfection label werd "A Woman", een rustige pop song, die "What Did I Say?" als andere kant had, uitgebracht door The Bandits uit Marietta.
"The Way", een goede swingende rock song, was de A-kant van de single van The Parks uit Decatur en "Have I Told You" de B-kant, die in 1968 via Atlantis Sound verscheen.
The Fugitives uit Monticello maakten het geweldige "Meggie", een song met blues invloeden en "I've Gotta Go" als achterkant voor het New Talent label in 1966 en The Apolloes uit Atlanta brachten in dat jaar hun single "Hey" / "Laugh In My Face", een fantastische licht psychedelische pop song via hun eigen Apollo label uit.
Op het Unique label verscheen de single "Gonna Live Another Day Or Two" / "That Creature", een heerlijke pop song met psychedelische invloeden van de uit Carrolton afkomstige band The Sweet Acids.
The Mach V uit Savannah bracht in 1967 via Associated Artists de single "I Want To Stay" / "If I Could", een psychedelische pop song, uit en een jaar later,
in 1968 dus, verscheen de single "Andromeda" / "I Can't Look Down", een prachtige pop song, van de uit Dublin afkomstige band The Knights Of Darkness die door Key Recordings werd uitgebracht.
"How Can I Tell Everybody" is een fantastische beat song, die in 1965 naar Britse stijl, door Dave & The Stalkers werd opgenomen en ik hoor de invloed van The Beatles hier dan ook sterk in en deze single, die "Please Don't Ask Me Not To Cry" als B-kant had, werd via het Drake label uitgebracht door deze uit
Royston afkomstige band.
The Fly-By-Nites was een band uit Atlanta, die in 1967 het psychedelische garagerock nummer "Found Love" uit liet brengen door het Tiffany label met "Come On Up" als achterkant.
Een andere band uit Atlanta heette Little Phil & The Night Shadows, die in 1966 via Dot hun single "The Way It Used To Be" / "So Much" uitbracht, een beat song naar Brits voorbeeld gespeeld en ook in dit nummer is de invloed van The Beatles hoorbaar.
Psychedelische klanken komen van het nummer "People Say", dat door The Rogues uit Savannah gemaakt werd en ook hierin zijn de Britse invloeden goed te horen.
Dit nummer had "Your Kind Of Man" als achterkant en werd door Associated Artists uitgebracht in 1967.
Net als in Soul Inc. en The Continentals, speelde Larry Bowie in de band, die The Rock Garden heette en uit Pine Mountain en West Point kwam.
De single "New Hope" / "Starry Eyed Woman", een prima uptempo pop song, werd door de band in 1968 via het Prophet label uitgebracht.
De laatste song van de CD, die door het Lou label werd uitgebracht komt van Red Beard & The Pirates uit Atlanta en heet "Go On Leave", een schitterende garagerock song, die "Don't Be A Loser" als achterkant had en daarmee wordt deze geweldige CD op passende wijze afgesloten.
Net als bij voorgaande Psychedelic States uitgaven, kan ik alleen maar schrijven: Aanschaffen!
Abonneren op:
Posts (Atom)