Gear Fab 2012-(GF-258)
Omstreeks 1966 begon Pete Miller, beter bekend als Big Boy Pete uit Norwich, Engeland, met het maken van psychedelische muziek.
In de periode 1961 - 1965 was hij gitarist in de band Peter Jay & The Jaywalkers en van 1966 - 1969 in The News.
Hun enige single, die het vinyl haalde was "Baby I Got News For You" uit 1966, waarop behalve Micky Waller ook diverse leden van The Herd meespeelden.
Tussen 1966 en 1968 nam hij in zijn home studio honderden songs op, waarvan er de laatste jaren al veel via CD verschenen.
In 1967 had hij een contract met Polydor Records, waar hij de single "Cold Turkey" / "My Love Is Like A Spaceship" voor het sublabel Camp voor maakte, maar doordat de maatschappij niet Pete's naam op de single zette, maar in plaats daarvan The Performing Light Society, flopte die volkomen en ook de commerciële vooruitzichten voor de single waren slecht, omdat Pete weigerde mee te werken de plaat te promoten.
Ook de opvolgende single, "Nasty Nazi", die Pete voor het label opnam, bracht hem niet verder, want het Duitse Polydor weigerde het nummer uit te brengen en Pete's carriere kwam niet van de grond, iets dat hem trouwens ook niet interesseerde.
Tot 1969 bleef hij in zijn huis te Norwich songs opnemen, totdat hij naar San Francisco, California, verhuisde, waar zijn eerste LP, met daarop 14 onuitgebrachte songs in 1996 via het Tenth Planet label verscheen onder de titel "Homage To Catatonia".
Door deze release kreeg Big Boy Pete de aandacht, die hij verdiende en er kwam een vervolg in de vorm van de LP "Summerland", die eveneens door Tenth Planet werd uitgebracht.
Diverse andere labels brachten muziek van hem op de markt, onder andere Gear Fab, die met "Cold Turkey" hun vijfde en tevens laatste(?) Big Boy Pete CD laten verschijnen, waarvan de 12 nummers op deze CD tussen 1965 en 1972 zijn opgenomen.
Het openingsnummer is meteen de titelsong, een schitterend stukje progressieve psychedelische muziek, dat gevolgd wordt door een heerlijke popsong, waar Pete patent op schijnt te hebben en deze heet "A Little Bit Of Lovin".
Dan volgt zijn eerste releaase, oftewel "Baby I Got News For You", een prachtige psychedelische popsong, die zeker een hitparade plaats waardig was geweest.
Psychedelisch is ook "It's Better To Try And Fail", dat me hier en daar aan de muziek van John Lennon doet denken, maar daar zeker geen kloon van is.
Daarna is het tijd voor het spannende "The Telephone Company", waar Pete op zijn best is en een fantastische popsong laat horen met psychedelische invloeden en deze wordt op zijn beurt gevolgd door een waanzinnig te gekke song, die begin jaren 80 gemaakt had kunnen zijn, getiteld "Rawsex", waarin de toen
toekomstige New Wave bands nog een puntje aan zouden kunnen zuigen.
"The Long Way Home" is weer zo'n schitterende popsong en hierbij is stil blijven zitten niet mogelijk en hetzelfde geldt eigenlijk ook voor "Moon Ego", want deze song heeft een net zo aanstekelijk ritme, dat je lichaam in beweging brengt, of je het wilt of niet.
Het volgende stukje heet "Checkmate" en hierin zit een lekker opgewekt ritme en dit nummer straalt dan ook positiviteit uit vind ik.
Psychedelische pop krijg je te horen in "I Just Can't Stop", dat ik eerlijk gezegd het minste nummer van de CD vind, doordat het een beetje rommelig klinkt.
Fantastisch is "Leave It In The Hands Of Love" en Pete laat hierin horen, dat hij zijn tijd ver vooruit was, waarna de CD meer dan waardig afgesloten wordt door een erg verrassend stukje muziek, getiteld "Scrople".
Dit bijna veertien durende nummer begint met een stukje gitaarwerk in de stijl van de gitaarbands uit begin jaren 60, maar de zang, die Pete daarna ten gehore brengt, zou zo uit één of andere duistere film kunnen zijn en ook het ritme dat er verder bij gespeeld wordt doet denken aan donkere nachtclubs en wordt naarmate de song vordert steeds psychedelischer en experimenteler.
De CD "Cold Turkey" is een waanzinnig goede uitgave van het Gear Fab label en vertegenwoordigt het beste, dat ik tot nu toe van Big Boy Pete heb gehoord.
zaterdag 28 april 2012
vrijdag 20 april 2012
Review: Various Artists - Psychedelic States Illinois In The 60s Vol.1
Gear Fab 2004-(GF-207)
Zoals in alle staten van Amerika, stond ook in de staat Illinois in de jaren 60 de muziek in het teken van garage, psychedelische, progressieve rock en beat.
Een hoop van de singles, die toen uitgebracht werden, staan al op de diverse verzamel LP's, maar toch vond Roger Maglio van Gear Fab het nodig zelf ook een verzamel CD uit te brengen, waar vast en zeker bands op staan, die nog niet eerder via één of andere verzamelplaat verschenen.
Illinois In The 60s Vol.1 is de negende in de serie Psychedelic States en hierop staan 27 songs van evenzoveel bands, maar helaas zijn niet van alle bands de gegevens bekend.
De CD begint met Poother Unitd, die de single "Maggie" / "Tastee Freeze (Not Going To Wait Any Longer)", een schitterende poprocksong, in 1968 via het Cadet label in een hele beperkte oplage uitbrachten.
In 1967 bracht het Royce label de single "Sugar Shack A Go-Go" / "She's Mine", een psychedelische rocksong uit van The Children Of Darkness, die de song eerder uitgebracht zagen worden door het Rita label.
Ook psychedelisch is het nummer "Make Love, Not War" van The Nervous System, die hun single in 1967 via Jambee uitgebracht zagen worden met "Oh" als B-kant.
In Chicago werd de band The Chicago Loop opgericht, die in 1968 de single "Technicolor Tuesday" / "Beginning At The End", een heerlijke poprocksong, voor het Mercury label maakten onder leiding van Michael Bloomberg.
De band zou nog verscheidene singles uitbrengen, waaronder de nationale hit "My Baby Comes To Me" uit 1969 en bandleden zouden later in bands als The Electric Flag, Mitch Ryder & The Detroit Wheels en The Peter Frampton band terecht komen.
1966 was het jaar waarin The Untamed hun schitterende garagerocksong "Someday Baby" met als andere kant "Lonely Boy" door het Royal Scot label uitbrachten.
Het Toddin' Town label was het eigen label van The Todds, die daarop hun single "I Want Her Back" / "Things Will Change", een aardige popsong lieten uitkomen.
Oorspronkelijk kwamen The Ravelles uit de staat Michigan, maar ze brachten voor het Mobie label uit Rockford hun single "Psychedelic Movement" uit, dat een fantastische psychedelische rocksong is en "She's Forever On My Mind" als achterkant had.
Via ABC verscheen in 1967 de heerlijke poprocksong, waarin verschillende tempowisselingen zitten, "There Was A Time", die "They Don't Know" als B-kant had van de uit Chicago afkomstige band The Trolls.
Schitterend is ook "Sunshine Becomes You" van Suburban 9 To 5 uit Peoria, die hun single in 1968 door het Golden Voice label uitbrachten.
De band bracht in totaal 3 singles uit, waarvan 2 op Golden Voice en 1 op Ledger en één van de bandleden, Gary Richrath, zou later wereldberoemd worden met de band REO Speedwagon.
In 1968 verscheen ook het fantastische garagerocknummer, waar licht psychedelische invloeden in zitten, "We Call Him A Man" van The Wet Paint uit Park Ridge, dat "No One To Love" als achterkant had.
De band startte onder de naam The Intruders, maar veranderden hun naam in 1966 en hun single verscheen via het Formal label.
The Guy Kraines Trio, uit Chicago, zag hun single "I Don't Believe In Strings" / "Come Se The Way", een psychedelische popsong in 1967 via het Lee label verschijnen.
Eveneens in 1967 maakte Hollow Steps een proefpersing voor het MBS label met daar op de songs "They Hear About Me" en "Hung Up On You", een psychedelische popsong, waarin licht Byrds invloeden te horen zijn.
"Fly My Paper Airplane" werd in 1968 door The Mourning Daze met als B-kant Sad Man's Dayze" via het Kiderian label uitgebracht (zie review Morning Daze, GF-225).
In 1965 bracht het Invictus label de single "Never Feel The Pain" / "Could Be In Love", een heerlijke commerciële popsong, van The Blackstones uit.
De band kwam weliswaar uit Munster en Hammond, Indiana, maar staat toch op deze CD, waarschijnlijk omdat hun manager, die uit Chicago kwam, hun singles via zijn eigen Invictus label uit liet brengen.
The Shades Of Blue uit Danville maakten in 1969 de single "Turn, Turn, Turn" / "The Time Of My Life", een prachtige popsong voor hun eigen Shades label.
Uit Springfield kwam The Raindear Army, die in 1967 de ruige garagerocksong "Subterranean Sunset" met als B-kant "Aviator" via het Ledger label uitbrachten.
Ook The One Eyed Jacks uit Champaign brachten in 1967 hun single uit met op de A-kant "Love", een mix van garagerock, jazz en pop, die "Sun So High" als achterkant had en in de jaren 1968-1969 bracht de band nog 3 singles uit.
Eveneens in 1967 werden de singles "I Wish I Could Tell You" / "Dreams", een heerlijke poprocksong door Sound Carnival uit Morton Grove, "Sit Down And Cry" / "Monkies", een progressieve garagerocksong van The Wild en "Now She's Crying" / "Old Town", een lekkere garagerocksong uitgebracht, respectievelijk door het Afton, Royal Blue en ABC label.
"I.F.O.C.(It's Four O'Clock)", een prima poprocksong met als andere kant "This Stock, Merely Arranged" werd in 1966 door The Orphuns via hun eigen label op de markt gebracht.
In 1968 verscheen "Take A Look At Yourself" / "Think About It", een lekkere garagerocksong, via het Jorel label van The Dan-Dees en in 1966 brachten The Intruders uit Rockford de nummers "Bringing Me Down", een psychedelische popsong en "The World You've Created" via het Claremont label uit.
Op het New Breed label verscheen in 1967 de single "Moon Light City" / "Tomorrow-Tomorrow", een heerlijke popsong, van Squires.
The Tills maakten in 1967 "I Remember" / "One Side Love", een prima popsong, onder leiding van producer Ed Cody en brachten hun single via zijn eigen label uit.
In 1967 de single "Let Us Be", een mooie ballad van Jerry Mundo & The Hounds, die zowel "My Story" als "What's The Matter Baby" als B-kant had en beide werden in 1967 door het Betty label uitgebracht.
Het laatste nummer van de CD komt van The Daughters Of Eve uit Chicago en heet "Don't Waste My Time", dat een lekker in het gehoor klinkende popsong is en "He Cried"op de andere kant had staan, uitgebracht door het Spectra Sound label in 1966.
Ook deze uitgave van de serie Psychedelic States is niet te versmaden en een welkome aanvulling voor je collectie.
Zoals in alle staten van Amerika, stond ook in de staat Illinois in de jaren 60 de muziek in het teken van garage, psychedelische, progressieve rock en beat.
Een hoop van de singles, die toen uitgebracht werden, staan al op de diverse verzamel LP's, maar toch vond Roger Maglio van Gear Fab het nodig zelf ook een verzamel CD uit te brengen, waar vast en zeker bands op staan, die nog niet eerder via één of andere verzamelplaat verschenen.
Illinois In The 60s Vol.1 is de negende in de serie Psychedelic States en hierop staan 27 songs van evenzoveel bands, maar helaas zijn niet van alle bands de gegevens bekend.
De CD begint met Poother Unitd, die de single "Maggie" / "Tastee Freeze (Not Going To Wait Any Longer)", een schitterende poprocksong, in 1968 via het Cadet label in een hele beperkte oplage uitbrachten.
In 1967 bracht het Royce label de single "Sugar Shack A Go-Go" / "She's Mine", een psychedelische rocksong uit van The Children Of Darkness, die de song eerder uitgebracht zagen worden door het Rita label.
Ook psychedelisch is het nummer "Make Love, Not War" van The Nervous System, die hun single in 1967 via Jambee uitgebracht zagen worden met "Oh" als B-kant.
In Chicago werd de band The Chicago Loop opgericht, die in 1968 de single "Technicolor Tuesday" / "Beginning At The End", een heerlijke poprocksong, voor het Mercury label maakten onder leiding van Michael Bloomberg.
De band zou nog verscheidene singles uitbrengen, waaronder de nationale hit "My Baby Comes To Me" uit 1969 en bandleden zouden later in bands als The Electric Flag, Mitch Ryder & The Detroit Wheels en The Peter Frampton band terecht komen.
1966 was het jaar waarin The Untamed hun schitterende garagerocksong "Someday Baby" met als andere kant "Lonely Boy" door het Royal Scot label uitbrachten.
Het Toddin' Town label was het eigen label van The Todds, die daarop hun single "I Want Her Back" / "Things Will Change", een aardige popsong lieten uitkomen.
Oorspronkelijk kwamen The Ravelles uit de staat Michigan, maar ze brachten voor het Mobie label uit Rockford hun single "Psychedelic Movement" uit, dat een fantastische psychedelische rocksong is en "She's Forever On My Mind" als achterkant had.
Via ABC verscheen in 1967 de heerlijke poprocksong, waarin verschillende tempowisselingen zitten, "There Was A Time", die "They Don't Know" als B-kant had van de uit Chicago afkomstige band The Trolls.
Schitterend is ook "Sunshine Becomes You" van Suburban 9 To 5 uit Peoria, die hun single in 1968 door het Golden Voice label uitbrachten.
De band bracht in totaal 3 singles uit, waarvan 2 op Golden Voice en 1 op Ledger en één van de bandleden, Gary Richrath, zou later wereldberoemd worden met de band REO Speedwagon.
In 1968 verscheen ook het fantastische garagerocknummer, waar licht psychedelische invloeden in zitten, "We Call Him A Man" van The Wet Paint uit Park Ridge, dat "No One To Love" als achterkant had.
De band startte onder de naam The Intruders, maar veranderden hun naam in 1966 en hun single verscheen via het Formal label.
The Guy Kraines Trio, uit Chicago, zag hun single "I Don't Believe In Strings" / "Come Se The Way", een psychedelische popsong in 1967 via het Lee label verschijnen.
Eveneens in 1967 maakte Hollow Steps een proefpersing voor het MBS label met daar op de songs "They Hear About Me" en "Hung Up On You", een psychedelische popsong, waarin licht Byrds invloeden te horen zijn.
"Fly My Paper Airplane" werd in 1968 door The Mourning Daze met als B-kant Sad Man's Dayze" via het Kiderian label uitgebracht (zie review Morning Daze, GF-225).
In 1965 bracht het Invictus label de single "Never Feel The Pain" / "Could Be In Love", een heerlijke commerciële popsong, van The Blackstones uit.
De band kwam weliswaar uit Munster en Hammond, Indiana, maar staat toch op deze CD, waarschijnlijk omdat hun manager, die uit Chicago kwam, hun singles via zijn eigen Invictus label uit liet brengen.
The Shades Of Blue uit Danville maakten in 1969 de single "Turn, Turn, Turn" / "The Time Of My Life", een prachtige popsong voor hun eigen Shades label.
Uit Springfield kwam The Raindear Army, die in 1967 de ruige garagerocksong "Subterranean Sunset" met als B-kant "Aviator" via het Ledger label uitbrachten.
Ook The One Eyed Jacks uit Champaign brachten in 1967 hun single uit met op de A-kant "Love", een mix van garagerock, jazz en pop, die "Sun So High" als achterkant had en in de jaren 1968-1969 bracht de band nog 3 singles uit.
Eveneens in 1967 werden de singles "I Wish I Could Tell You" / "Dreams", een heerlijke poprocksong door Sound Carnival uit Morton Grove, "Sit Down And Cry" / "Monkies", een progressieve garagerocksong van The Wild en "Now She's Crying" / "Old Town", een lekkere garagerocksong uitgebracht, respectievelijk door het Afton, Royal Blue en ABC label.
"I.F.O.C.(It's Four O'Clock)", een prima poprocksong met als andere kant "This Stock, Merely Arranged" werd in 1966 door The Orphuns via hun eigen label op de markt gebracht.
In 1968 verscheen "Take A Look At Yourself" / "Think About It", een lekkere garagerocksong, via het Jorel label van The Dan-Dees en in 1966 brachten The Intruders uit Rockford de nummers "Bringing Me Down", een psychedelische popsong en "The World You've Created" via het Claremont label uit.
Op het New Breed label verscheen in 1967 de single "Moon Light City" / "Tomorrow-Tomorrow", een heerlijke popsong, van Squires.
The Tills maakten in 1967 "I Remember" / "One Side Love", een prima popsong, onder leiding van producer Ed Cody en brachten hun single via zijn eigen label uit.
In 1967 de single "Let Us Be", een mooie ballad van Jerry Mundo & The Hounds, die zowel "My Story" als "What's The Matter Baby" als B-kant had en beide werden in 1967 door het Betty label uitgebracht.
Het laatste nummer van de CD komt van The Daughters Of Eve uit Chicago en heet "Don't Waste My Time", dat een lekker in het gehoor klinkende popsong is en "He Cried"op de andere kant had staan, uitgebracht door het Spectra Sound label in 1966.
Ook deze uitgave van de serie Psychedelic States is niet te versmaden en een welkome aanvulling voor je collectie.
maandag 16 april 2012
Review: Cosmic Michael - Cosmic Michael / After A While
Gear Fab 2012- (GF-257)
Over Cosmic Michael zijn geen gegevens bekend, behalve dan dat er 2 LP's van verschenen zijn, waarvan de eerste "Cosmic Michael", met daarop 8 songs, in 1969 en de opvolger daarvan "After A While", waar 9 songs op staan, in 1970 en beide kwamen via het Bliss label uit.
Deel 1, "Cosmic Michael",begint met "Now That You've Found It" een heerlijke psychedelische popsong, die gevolgd wordt door "Salty Jam", een schitterende instrumentale psychedelische jam.
Daarna hoor je "Theme", eveneens een heerlijk psychedelisch nummer en "Too Much", een onvervalst stukje blues, waarna het de beurt is voor "River City", een vrij rommelige, maar toch lekker klinkende, popsong en ook het volgende nummer, "People's Fair", klinkt helaas wat rommelig.
Dan hoor je weer een schitterende blues, genaamd "Mother Earth", die gevolgd wordt door "The Heavy Boogie", weer zo'n prima bluessong en het laatste nummer van het eerste deel van de CD.
"After A While" start met "Woodstock Nation", een psychedelisch klinkend stukje popmuziek, waarin wat zuiderlijke blues / cajun invloeden zitten.
Dan volgt "She's My Girl", een aardige popsong met blues inslag, dat een redelijk rommelig klinkt en gevolgd wordt door "Feel Free", eveneens een rommelig aandoende popsong, waar wat blues invloeden in zitten.
Vervolgens hoor je "Rock Me, dat dezelfde bluesy sfeer uitwasemt, maar al een stuk beter klinkt, waarna het titelnummer "After A While" gespeeld wordt, dat een redelijke popsong is en dit krijgt een vervolg in de korte rock & roll song "Shake It Loose", die niet onaardig klinkt en ook wat blues invloeden kent.
"Fine Spaces Of Time" heet de volgende song, waarin net als in de andere songs blues invloeden door klinken en dit nummer klinkt prima.
Ook de volgende song "Let Me Be" klinkt vrij goed en hier en daar zelfs redelijk psychedelisch experimenteel en dan is het tijd voor het afsluitende nummer, dat "Truckin" heet en een prima mix is van rock & roll en blues.
Doordat er slechts gebruik gemaakt van alleen piano en trekzak op de LP "After A While" is het geheel een beetje beperkt en soms wat rommelig.
De LP "Cosmic Michael" daarentegen is van een heel andere kwaliteit en is een schitterend geheel geworden, met enkele uitschieters.
Deze uitgave van het Gear Fab label heeft dus 2 gezichten, maar kan me desondanks prima bekoren en kan zeker het predikaat aanrader opgeplakt krijgen.
Over Cosmic Michael zijn geen gegevens bekend, behalve dan dat er 2 LP's van verschenen zijn, waarvan de eerste "Cosmic Michael", met daarop 8 songs, in 1969 en de opvolger daarvan "After A While", waar 9 songs op staan, in 1970 en beide kwamen via het Bliss label uit.
Deel 1, "Cosmic Michael",begint met "Now That You've Found It" een heerlijke psychedelische popsong, die gevolgd wordt door "Salty Jam", een schitterende instrumentale psychedelische jam.
Daarna hoor je "Theme", eveneens een heerlijk psychedelisch nummer en "Too Much", een onvervalst stukje blues, waarna het de beurt is voor "River City", een vrij rommelige, maar toch lekker klinkende, popsong en ook het volgende nummer, "People's Fair", klinkt helaas wat rommelig.
Dan hoor je weer een schitterende blues, genaamd "Mother Earth", die gevolgd wordt door "The Heavy Boogie", weer zo'n prima bluessong en het laatste nummer van het eerste deel van de CD.
"After A While" start met "Woodstock Nation", een psychedelisch klinkend stukje popmuziek, waarin wat zuiderlijke blues / cajun invloeden zitten.
Dan volgt "She's My Girl", een aardige popsong met blues inslag, dat een redelijk rommelig klinkt en gevolgd wordt door "Feel Free", eveneens een rommelig aandoende popsong, waar wat blues invloeden in zitten.
Vervolgens hoor je "Rock Me, dat dezelfde bluesy sfeer uitwasemt, maar al een stuk beter klinkt, waarna het titelnummer "After A While" gespeeld wordt, dat een redelijke popsong is en dit krijgt een vervolg in de korte rock & roll song "Shake It Loose", die niet onaardig klinkt en ook wat blues invloeden kent.
"Fine Spaces Of Time" heet de volgende song, waarin net als in de andere songs blues invloeden door klinken en dit nummer klinkt prima.
Ook de volgende song "Let Me Be" klinkt vrij goed en hier en daar zelfs redelijk psychedelisch experimenteel en dan is het tijd voor het afsluitende nummer, dat "Truckin" heet en een prima mix is van rock & roll en blues.
Doordat er slechts gebruik gemaakt van alleen piano en trekzak op de LP "After A While" is het geheel een beetje beperkt en soms wat rommelig.
De LP "Cosmic Michael" daarentegen is van een heel andere kwaliteit en is een schitterend geheel geworden, met enkele uitschieters.
Deze uitgave van het Gear Fab label heeft dus 2 gezichten, maar kan me desondanks prima bekoren en kan zeker het predikaat aanrader opgeplakt krijgen.
vrijdag 6 april 2012
Review: Impala Syndrome - Impala Syndrome
Gear Fab 2012-(GF-256)
In Venezuela startte in het begin van de jaren zestig de band Los Impala, die halverwege de zestiger jaren in Spanje aktief was en daar erg veel succes had.
De band bracht 6 LP's uit en diverse EP's en singles en in 1968 kwamen ze onder de aandacht van het Mexican Music Centre, dat in New York City was gevestigd.
Dit Centre was erin geïnteresserd om een Amerikaanse release van deze populaire band te doen en ze stuurde Martin Brummer, die niet alleen jazz drummer was, maar ook medewerker van het MMC, naar Madrid, om de band vast te leggen voor het maken van een Engelstalige LP van de band.
Brummer, die de Spaanstalige songs van Los Impala had gehoord, schreef over de band: "Ze waren een uiterst talentvolle groep, zowel instrumentaal als vokaal. Ik denk dat ze beter dan The Beatles waren".
Na een week oefenen, werden de nummers live zonder overdubs opgenomen en de Engelse teksten werden werden door Martin Brummer geschreven.
Nadat Brummer naar New York teruggekeerd was met de geluidsbanden en na de bandnaam aangepast te hebben in Impala Syndrome, zodat de naam psychedelischer klonk, werd de muziek aan verscheidene labels aangeboden, maar de meesten waren sceptisch over een Spaanse band, die het in Amerika moest gaan maken.
Uiteindelijk kreeg Brummer het na aandringen toch voor elkaar en verscheen de LP in 1969 via het Audio Fidelity's Parallax label, die het jaar daar voor ook de LP van de Zuid Amerikaanse band Los Shakers had uitgebracht.
In het jaar erna werd de LP ook in diverse andere landen op de markt gebracht, zoals Canada, Venezuela en
Brazilië, maar vreemd genoeg pas in 1973 in Spanje.
Ten tijde van de opnamen bestond Los Impala uit: Francisco Belisario - zang en slaggitaar, Rodolfo (Rudy) Marquez - zangg en percussie, Edgardo Quintero - sologitaar en zang, Nerio Quintero - basgitaar en zang en Bernardo Ball - drums en percussie.
De LP bevat 10 eigen songs, waarvan de teksten door Martin Brummer geschreven werden, zoals ik al eerder schreef en het openingsnummer "Too Much Time" is een prima progressieve rocksong, die gevolgd wordt door "Love Grows A Flower", een psychedelische popsong.
"Children Of The Forest" is weer een progressieve rocksong net als "For A Small Fee" en "New Love Time" is een heerlijke vrij commerciële popsong.
Daarna hoor je "Let Them Try", een lekkere progressieve rocksong, die garagerock en pop invloeden kent en gevolgd wordt door "Land Of No Time", een prachtige rustige popsong, waarna de band weer een beetje sneller gaat spelen in de heerlijk klinkende poprocksong "I Want To Hugg The Sky".
Dan krijg je "Leave, Eve", een progressieve rocksong, te horen, waarna de CD afgesloten wordt met "Run (Don't Look Behind)", een schitterende psychedelische rocksong en voor mij meteen het beste nummer.
De CD van Impala Syndrome is een lekker in het gehoor klinkend stukje muziek en mag volgens mij niet in je
collectie ontbreken.
In Venezuela startte in het begin van de jaren zestig de band Los Impala, die halverwege de zestiger jaren in Spanje aktief was en daar erg veel succes had.
De band bracht 6 LP's uit en diverse EP's en singles en in 1968 kwamen ze onder de aandacht van het Mexican Music Centre, dat in New York City was gevestigd.
Dit Centre was erin geïnteresserd om een Amerikaanse release van deze populaire band te doen en ze stuurde Martin Brummer, die niet alleen jazz drummer was, maar ook medewerker van het MMC, naar Madrid, om de band vast te leggen voor het maken van een Engelstalige LP van de band.
Brummer, die de Spaanstalige songs van Los Impala had gehoord, schreef over de band: "Ze waren een uiterst talentvolle groep, zowel instrumentaal als vokaal. Ik denk dat ze beter dan The Beatles waren".
Na een week oefenen, werden de nummers live zonder overdubs opgenomen en de Engelse teksten werden werden door Martin Brummer geschreven.
Nadat Brummer naar New York teruggekeerd was met de geluidsbanden en na de bandnaam aangepast te hebben in Impala Syndrome, zodat de naam psychedelischer klonk, werd de muziek aan verscheidene labels aangeboden, maar de meesten waren sceptisch over een Spaanse band, die het in Amerika moest gaan maken.
Uiteindelijk kreeg Brummer het na aandringen toch voor elkaar en verscheen de LP in 1969 via het Audio Fidelity's Parallax label, die het jaar daar voor ook de LP van de Zuid Amerikaanse band Los Shakers had uitgebracht.
In het jaar erna werd de LP ook in diverse andere landen op de markt gebracht, zoals Canada, Venezuela en
Brazilië, maar vreemd genoeg pas in 1973 in Spanje.
Ten tijde van de opnamen bestond Los Impala uit: Francisco Belisario - zang en slaggitaar, Rodolfo (Rudy) Marquez - zangg en percussie, Edgardo Quintero - sologitaar en zang, Nerio Quintero - basgitaar en zang en Bernardo Ball - drums en percussie.
De LP bevat 10 eigen songs, waarvan de teksten door Martin Brummer geschreven werden, zoals ik al eerder schreef en het openingsnummer "Too Much Time" is een prima progressieve rocksong, die gevolgd wordt door "Love Grows A Flower", een psychedelische popsong.
"Children Of The Forest" is weer een progressieve rocksong net als "For A Small Fee" en "New Love Time" is een heerlijke vrij commerciële popsong.
Daarna hoor je "Let Them Try", een lekkere progressieve rocksong, die garagerock en pop invloeden kent en gevolgd wordt door "Land Of No Time", een prachtige rustige popsong, waarna de band weer een beetje sneller gaat spelen in de heerlijk klinkende poprocksong "I Want To Hugg The Sky".
Dan krijg je "Leave, Eve", een progressieve rocksong, te horen, waarna de CD afgesloten wordt met "Run (Don't Look Behind)", een schitterende psychedelische rocksong en voor mij meteen het beste nummer.
De CD van Impala Syndrome is een lekker in het gehoor klinkend stukje muziek en mag volgens mij niet in je
collectie ontbreken.
Abonneren op:
Posts (Atom)